Patroonheilige

Een schuttersgilde voert de patroonheilige in het vaandel. In de Kempen en ook elders zijn dit vooral

  • Sint-Joris voor de voet- of kruisboogschutters
  • Sint-Sebastiaan voor de handboogschutters
  • Sint-Antonius of Sint-Christoffel of Sint-Norbertus voor de kol­veniers (geweerschutters).

Raadpleeg de gehele pagina of maak uw keuze:

  • Hier – Schuttersgilden en patroonheiligen
  • Hier – Patroonheilige Sint-Sebastiaan in de Koninklijke Sint-Sebastiaansgilde van Essen
  • Hier – Het verhaal, de legende van Sint-Sebastiaan
  • Hier – Afbeeldingen van Sint-Sebastiaan

Schuttersgilden en patroonheiligen

De relatie van de schuttersgilden met de kerk kwam ondermeer tot uitdrukking in het feit dat de schutterijen, net als de ambachtsgilden in de steden, deel namen aan de jaarlijkse processie, dat zij hun jaarlijkse feest- of teerdag begonnen met het bijwonen van een misviering, dat zij hun vaandel, kleding en wapens lieten zegenen, en vooral dat zij hun activiteiten onder de bescherming stelden van een patroonheilige.

De patroonheilige werd niet willekeurig gekozen. Er zijn een vijftal belangrijke redenen waarom een heilige schutspatroon van een gilde kon worden:

  1. Het levensverhaal en vooral het sterven van de heilige. Was daar een element in te vinden dat raakvlakken had met de activiteiten en idealen van het gilde, dan kon de heilige kandidaat zijn voor de uitverkiezing tot schutspatroon. Een voorbeeld daarvan zijn de ridder- en soldatenheiligen: heiligen die zelf met wapens waren omge­gaan of er door getroffen werden. Zo was Sint-Joris, de ridder die met zijn zwaard de draak te lijf ging, een buitengewoon populaire heilige bij de oude voet- en handbooggilden. Een tweede favoriet was de soldatenheilige Sint-Sebastiaan, zelf door pijlen om het leven gekomen. Onder de vrouwelijke heiligen zijn de martelaressen Catharina en Barbara, die in Europa grote bekendheid kregen na de terugkeer van kruis­vaarders, geliefd onder de schuttersgilden. Bij een aantal gilden vormen Catharina en Barbara zelfs een heilig schutskoppel.
  2. De agrarische hei­ligen. beschermers van vee en oogst, zoals Antonius, de patroonheilige van de varkensboeren, en Ambrosius, de patroonheilige van de imkers.
  3. De patroonheilige van de parochie waarin de gilde werd opgericht. Parochiepatronen zoals Johannes de Doper, Willibrordus, Martinus, Lambertus en Hubertus mogen daarom ook mee waken over de gilden in hun parochies.
  4. Onze-Lieve-Vrouw. De populariteit van de Mariaverering  heelt ervoor gezorgd dat een aantal gilden aan haar bescherming zijn toevertrouwd.
  5. Devotie. Er zijn nog gilden die toegewijd zijn aan een bepaalde devotie, zoals die van het Heilig Bloed, het Heilig Kruis en het Heilig Sacrament. Een deel van de gilden onder de patronage van Onze-Lieve-Vrouw kan ook tot deze categorie gerekend worden.

Monastieke of kloosterlijke heiligen zijn zeldzaam als gildepatroon. Abt Antonius, het model van de woestijnmonniken, is een belangrijke figuur in de monastieke geschiedenis, maar door de gilden wordt hij als patroon gekozen, enkel omdat hij de beschermheilige van de landbouw en de veeteelt is. Benedictus, Bernardus en andere grote figuren uit de monnikengeschiedenis komen zeer zelden als patroonheilige van gilden voor. Het enige voorbeeld van een aan de monnikenvader Benedictus toegewijd gilde is het min of meer virtuele gilde dat aan de abdij Keizersberg te Leuven is opgericht om pater Dirk Hanssens osb als proost van de Hoge Gilderaad van Brabant te kunnen behouden.

Bronnen:

  • Tijdschrift ‘de Kovel’, Monastiek tijdschrift voor Vlaanderen en Nederland, nr.33 juni 2014 ‘Tussen handboog en kromstaf’, Peter J. A. Nissen

Patroonhelige Sint-Sebastiaan in de Koninklijke Sint-Sebastiaansgilde Essen

Ook het gilde voert de patroonheilige in zijn vaandels.

Vaandel 1885

Vaandel 1949

Vaandel 1983


Altaar en beeld van Sint-Sebastiaan

Volgens de kaart was het Sint-Sebastiaansgilde van Essen tevens geplaatst onder de ‘gratie ende protectie van Godt almachtich ende patrocinie van de Heylige ende weerdige Maegt ende moeder des Heeren Maria’.

Dit gebeurde wellicht onder de invloed van de witheer-pastoor van de abdij van Tongerlo. Het is genoegzaam bekend dat de verering van de H. Maagd in de Kempen vooral door de Norbertijnen werd verspreid. De boeten die oorspronkelijk uit een bepaalde hoeveelheid ‘was’ bestonden, kwamen veelal ten goede aan ‘ons Lieven Vrouwen autaer’.

Het gilde had vroeger een eigen altaar met bijbehorend beeld van Sint-Sebastiaan in de oude O. L. Vrouwkerk op het Kerkeneind te Essen. Zowel het altaar, het beeld als een aantal ornamenten zijn thans te bezichtigen in het Gerard Meeusen Museum.

Bronnen:

  • Boek ‘Het St.- Sebastiaansgilde van Essen’, Gerard Meeusen, 1963, Overdruk van ‘De Spyker’, Essen


Gildefeesten, landjuwelen, officiële plechtigheden

Tijdens de jaarlijkse Gildefeesten, de vijfjaarlijkse Landjuwelen, en officiële stoeten wordt het beeld van Sint-Sebastiaan, uitgebeeld als een Romeinse soldaat, gedragen door twee gildebroeders.


Viering 500 jaar Koninklijke Sint-Sebastiaansgilde in 2018

Ter ere en ter herinnering aan deze viering heeft het gilde een nieuw beeld van Sint-Sebastiaan laten maken. Het beeld werd gewijd door de Eerwaarde Heer Jeroen De Cuyper (abt van de Abdij van Tongerlo) tijdens de misviering in de O.-L.-Vrouw Geboorte kerk in Essen-Centrum. 


Zielenmis

Tot de kerkelijke verplichtingen van elke gilde behoort de viering van de patroonheilige met een gildemis. Hierin worden tevens de overleden leden herdacht. In het gilde is dit op de zaterdag voor de naamdag van Sint-Sebastiaan.


Teerfeest

Het jaarlijkse teerfeest van het gilde gaat door op de zaterdag het dichts bij de naamdag van Sint-Sebastiaan (20 januari). Ook hier is hij aanwezig, kijkt toe en ondergaat het gebeuren.


Gildelokaal

Sinds de opening van het gildelokaal op 17 maart 2007 is Sint-Sebastiaan permanent aanwezig als muurtekening.


Het verhaal, de legende van Sint-Sebastiaan
  • Geboren: rond 256 na Christus
  • Gestorven: in 288 na Christus
  • Verering door christenen
  • Naamdag is op 20 januari
  • Is ook de beschermheilige van soldaten, jagers, steenhouwers, tuiniers, kleermakers, brandweerlieden, …

Oorspronkelijke legende. St.-Sebastiaan (Sebastianus) zou geboren zijn in de Zuid-Franse stad Narbonne rond het jaar 256. Zijn ouders waren christenen en vermoedelijk had hij ook het doopsel in zijn kinderjaren ontvangen. Hij was een officier in het Romeins leger. De heidense keizers, Maximianus en Diocletianus mochten hem echter zo graag, dat zij hem tot aanvoerder hadden aangesteld over het eerste cohort (een indeling in het Antieke Romeinse leger); zo stond hij onmiddellijk onder hun persoonlijk gezag. Keizer Diocletianus (284-305) was gekend als een gevreesde christenvervolger. Sebastianus bekeerde zich in het geheim tot christen en droeg het soldatenzwaard alleen maar om er vervolgde christenen mee te helpen en bij te staan. Als soldaat onder keizer Diocletianus zou hij wonderen hebben verricht.

Op een dag zouden de tweelingbroers Marcellinus en Marcus worden gedood omdat zij geweigerd hadden hun geloof in Christus af te zweren. Zij werden aan een paal vastgebonden en hun zijden werden doorboord met een lans. Zo voltooiden zij hun martelaarschap. Toen Sebastianus te kennen gaf christen te zijn werd hij bij de keizer aangeklaagd en viel hij in ongenade. Ondanks zijn voorkeurspositie werd hij gevangen genomen en veroordeeld. Keizer Diocletianus liet hem vastbinden aan een paal midden op het veld van de oorlogsgod Mars en beval de boogschutters van het leger hem met pijlen te doorboren. Er werden  zoveel pijlen op hem afgeschoten dat hij er helemaal mee overdekt raakte en tenslotte meer weg had van een egel. Daarop lieten ze hem gewoon achter in de veronderstelling dat hij dood was. Volgens een ander verhaal werd hij aan een boom gebonden en met pijlen doorzeefd. Ook hier liet men hem voor dood liggen.

Een andere legende vertelt hierop aansluitend het volgende. Een godvruchtige vrouw Irene, zelf weduwe van de martelaar Castulus, begaf zich midden in de nacht met leden van haar huishouding naar de plaats waar Sebastianus terechtgesteld was om zijn lichaam op te halen en het zo eerbaar te kunnen begraven. Ze ontdekten dat de pijlen geen enkel vitaal lichaamsdeel hadden geraakt en dat hij nog ademde. Zij droegen hem naar Irene’s huis, verzorgden zijn wonden en verpleegden hem tot al zijn kwetsuren waren genezen. Zijn christenvrienden adviseerden hem om Rome te ontvluchten. Echter, Sebastianus wenste zich niet te verbergen maar wilde juist moedig en standvastig voor zijn geloof uitkomen.”

Nu gaat de oorspronkelijke legende weer verder. Ondanks de verzoeken van christenen om zijn schuiloord niet te verlaten, begaf hij zich enkele dagen na zijn marteling op de trappen van het paleis en riep de twee keizers ter verantwoording voor hun wreedheden en onrechtvaardig optreden tegen de christenen. Hij werd opnieuw aangehouden en in het Circus van Rome bezweek hij onder de geselslagen. Zijn lichaam werd in de Cloaca Maxima (grote riool in Rome dat in de Tiber uitmondt) gegooid; de christenen konden het lichaam zo niet vinden om het als een heilig martelaarsrelikwie te vereren. Maar reeds de nacht daarop verscheen Sebastianus aan de heilige Lucina, openbaarde haar de plaats waar zijn lijk zich bevond en droeg haar op het te begraven in de catacomben aan de Via Appia (één van de oudste Romeinse wegen in Rome) vlak naast de apostelen bij de toenmalige apostelbasiliek. Dit gebeurde in 288.

Dit wordt al door een tekst uit 354 bevestigd. Reeds in de 4de  eeuw werd hier de naar hem genoemde basiliek San Sebastiano gebouwd, een van de zeven hoofdkerken die pelgrims bij een tocht naar Rome bezochten. In de negende eeuw werd Sebastiaan patroon van de apostelbasiliek. Zijn lichaam werd later in een zijkapel van de Sint-Sebastiaansbasiliek gelegd.

Bronnen:


Afbeeldingen van Sint-Sebastiaan

Er zijn een groot aantal schilderijen, muur- en gewelfschilderingen, glasschilderingen, beelden, zelfs speelkaarten, … die Sint-Sebastiaan in zijn marteldood uitbeelden. Bekijk de afbeeldingen via het internet.